De lezing is uit Prediker 3: 1-13. Alles heeft zijn eigen tijd.
Dat alles niet zo vanzelfsprekend is, hebben we door het coronavirus in het afgelopen jaar ondervonden. Het heeft ons leven danig in de war gebracht. En we kijken uit naar de tijd dat alles weer normaal is.
Vandaag bidden we voor gewas, voor alles wat groeit en bloeit en dat het vrucht mag dragen. Voedsel voor de mensen en de dieren. Als we het goed verdelen, is er genoeg voor iedereen. We bidden voor de mensen die het in deze tijd niet meer zien zitten, omdat ze geen werk en inkomen meer hebben. Hun bestaan is onzeker, ze weten niet waar ze aan toe zijn.
Alles heeft zijn eigen tijd lezen we in Prediker. Dit heb ik geprobeerd weer te geven. De zakjes met boontjes en zaden liggen als cijfers van de klok. Alles moet op z’n tijd gepoot en gezaaid worden.
Het coronavirus wordt uitgebeeld door een bloemkool met peentjes, echt Hollandse groente, het dringt zich aan ons op.
In het midden van de klok staat een gieter met daarin witte tulpen en deze staan voor het gebed.
De kleur is paars.
Tekst: Johannes 2: 13 – 22.
In de werken van barmhartigheid is het thema vandaag: De vreemdeling herbergen.
Op de avondmaalstafel staat een huis, het is goed schoongemaakt, de bezem ging erdoor! Op de stoep liggen nog enkele Judaspenningen, die refereren aan Johannes 2, waarin Jezus de tempel schoon veegt.
Als het huis schoon is kan je gasten ontvangen, rond de tafel zien we een diversiteit aan bloemen, die het gezelschap rond de tafel verbeelden. De tafel is rond. Alle plaatsen om de tafel zijn gelijkwaardig, niemand aan het hoofd, niemand belangrijker dan de ander.
Soms is een mensenleven zo gekwetst,
dat brood niet meer verzadigt
en water niet meer laaft.
Dat vuur niet meer verwarmt
en een huis niet meer herbergt.
Wonden worden soms alleen geheeld
als iemand het opbrengt
om voor een ander
brood en water,
vuur en huis te zijn.
Er is veel vraag naar zo een mens,
die voor een ander
nabij is als God.
Alleen vraag ik me af
wat ik ben:
de vraag… of het antwoord.
Tekst: Matth. 25:35
Thema: ‘De dorstige drinken geven’
Vandaag is dit het 2e onderdeel van de zeven werken van barmhartigheid.Uit de bron stroomt het water. Water dat we nodig hebben om te kunnen leven.Dit symboliseren wij met deze schikking. De paarse kleur duidt op ingetogen zijn.
Laat het water stromen, laat iedereen drinken en delen. Door mensen van water te voorzien, laten we onze naastenliefde zien en zorgen we tevens voor de geest.De betekenis van ‘bron’ is o.a. de oorsprong, het begin, het ontstaan.
Jezus is de bron van ons leven.
Het water vloeit uit de bron, het zorgt voor groei en bloei.
Vandaag is het de eerste zondag van de 40-dagentijd, de lezing is uit Markus 1:12-15.
Het thema is: ‘Wat een plek’. De kleur is paars, de kleur van ingetogenheid.
Jezus wordt door de Geest meegevoerd naar de woestijn en ontmoet daar de duivel. Deze ontmoeting wordt uitgebeeld door de takken van de Jasmijn die elkaar kruisen. De woestijn is verlaten, eenzaam en kil en Jezus heeft het moeilijk. Hij wordt op de proef gesteld. Maar hij heeft ook hulp van de engelen, ze zijn bij Hem. Dit wordt verbeeld door de witte bloemen. En Hij houdt zicht op het Licht van God.
Want in die woestijn fluistert de wind:
Ik ben er voor jou, jij mag er zijn.
Ik draag jou, zoals jij mij.
Het is de vierde zondag van advent met paars als de liturgische kleur.
De lezingen en thema van deze dienst zullen dezelfde zijn als in de kinderdienst n.l. uit Samuel 7 : 4 – 16 en Lucas 1: 26 – 38 met als thema, “ Wat een geschenk “.
In Samuel wordt Nathan door de Heer gestuurd, met een boodschap voor David, het gaat over de vader en zoon verhouding maar ook met een belofte, dat er in zijn familie altijd iemand koning zou zijn.
In Lucas wordt de engel Gabriël door God gestuurd naar Maria. Maria zou trouwen met Jozef. Jozef kwam uit de familie van David. Gabriël had de opdracht om Maria te vertellen, dat zij door God was uitverkozen om moeder te worden van een zoon. Hij zal Zoon van de allerhoogste God genoemd worden. Hij zal koning zijn net als zijn voorvader David. Aan zijn macht komt geen einde.
In het bloemstuk staat de amaryllis symbool voor de engel Gabriël. Daaronder een gele ster die de kleur van het licht weergeeft.
Gabriël wordt door God gestuurd en komt uit het licht, hij is de boodschapper van het grote geschenk, waarvoor God , Maria heeft uitgekozen.
Maria wordt uitgebeeld door een orchidee.
Zondag 13 december, 3e advent: Gaudete [verblijd u]
De woorden van Jesaja staan bol van de verwachting, dat het Licht door zal breken in de duisternis. Er komt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Dit proberen wij uit te drukken in de schikking van vanmorgen.
De amaryllisbol laat al een beetje leven zien.
De takken vormen het hemelgewelf erover heen.
Door de roze besjes zien we het licht al een beetje naderen. Wij zijn onderweg naar dat licht.
Ben je er klaar voor?
Vandaag is het de eerste adventszondag en de kleur is paars. Dit symboliseert soberheid en ingetogenheid. De lezing is uit Marcus 13:24-27. Het thema is: “Zie je al wat?” en het gaat, ook in de kinderdienst, over een deurwachter die bij de poort op de uitkijk staat.
De deurwachter roept een mooi beeld op van wat advent is. Hij kijkt in de verte maar heeft tegelijk geen idee van het moment en de precieze details. Advent heeft alles te maken met verwachting, maar ook met verrassing. Je kunt dagen en nachten op de uitkijk staan en toch nog verrast worden als het zover is. Marcus vertelt over verwachting: wie vol verwachting leeft, lijkt op die deurwachter.
We kijken uit naar de komst van Jezus, Gods zoon. Deze blijde gebeurtenis wordt verbeeld door de witte bloem die in de verte al een beetje te zien is.
De Heer verschijnt te middernacht, nu is nog alles stil
Maar zalig hij die toch reeds wacht en Hem begroeten wil.
De kleur van vandaag is wit.
Hemelhoog Heer, is Uw liefde, tot in de wolken reikt Uw trouw.
We klimmen in ons leven wat af, de ladder is een begrip.
In het Oude Testament lezen we al over de ladder, in de droom van Jacob. Er zijn gedichten over geschreven, liederen gemaakt, bijvoorbeeld ‘Stairway to heaven’.
In de schikking is de ladder van levend hout. Er loopt hedera omheen. Deze klimop staat voor trouw en onsterfelijkheid, de plant is altijd groen.
Bij de ladder staan twee letters de A van ‘Alpha’ en de O van ‘Omega’; de eerste en de laatste letter van het Griekse Alphabet. Het betekent dat God er altijd is, vóór het begin en tot na het einde, altijd!
De letters zijn omwonden met hulst. Met de groenblijvende blaadjes staat hulst hier voor onze toekomst met Jezus, de getande bladvorm herinnert aan de doornenkroon, de rode bessen aan het bloed van Christus.
Enkele mensen zullen een kaars aansteken en in het heldere licht van de vele kaarsjes kan een ieder van ons in gedachten zijn bij de mensen die we zo missen.
Vandaag worden er 2 kinderen gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
Fleur Sarah en Ines Adelinde, zij mogen erbij horen.
In Markus 10:16 liet Jezus het zelf zien: ‘Hij nam de kinderen in Zijn armen en zegende hen’.
Weet je dat de Vader je kent
Weet je dat je van waarde bent
Weet je dat je een parel bent
Een parel in Gods hand
In de “handenschaal” staat een kan met water en liggen twee parels. Drie rozen voor Vader, Zoon en Heilige Geest. De bloemetjes van de venkel staan symbool voor de glimlach.
Leg je leven in Gods hand.
Bij Hem ben je in goede handen.